Geborgenheid II

Toen ik enkele jaren geleden bij de Boeddhistische Omroep Stichting een programma bekeek over ‘Big Mind’, geïntroduceerd door Zenmeester Genpo Roshi, wist ik eigenlijk niet zo goed wat ik er mee aan moest. Door de zogenaamde ‘voice-dialogue’-techniek uit de psychotherapie te combineren met technieken uit de Zentraditie, zouden we contact kunnen leren maken met een deel van onszelf dat we in het dagelijks leven nauwelijks activeren of zelfs verwaarlozen. Een deel van onszelf dat weet. Niet het weten door opvoeding, studie of maatschappelijke normen en waarden, nee een dieper weten, een soort oer-weten. Een weten dat begrijpt dat we niets meer hoeven na te streven, niets meer hoeven te bereiken. Een weten dat geen vragen meer heeft, inziet dat we reeds compleet zijn zoals we zijn....onze boeddhanatuur.

Als toeschouwer keek je naar deelnemers van een retraite, die zich deze techniek, onder begeleiding van Genpo Roshi, eigen probeerden te maken. Je zag onder andere dat mensen, ter ondersteuning van deze gesprekstechniek, zich fysiek verplaatsten en zitting namen op een stoel links of rechts van hen. Vervolgens werd hen verzocht nogmaals antwoord te geven op de vraag die hen eerder, zittend op de vorige plek, was voorgelegd. De antwoorden, gegeven vanuit de nieuwe zitplaatsen, waren vaak van een geheel andere aard dan hun eerste antwoorden. Men bleek in staat om dezelfde vragen vanuit een veel bredere invalshoek te benaderen, een groter kader, vrijer van emoties, objectiever.

Hoe verrassend de diverse antwoorden van de deelnemers echter ook waren, het geheel bleef op mij een wat kunstmatige indruk maken. Een soort trucje, die ik niet kon plaatsen in het boeddhistische veld van reflectie en meditatie. Als het zo eenvoudig was, waarom zouden dan zo velen de boeddhistische richtlijnen volgen, dagelijks mediteren, zichzelf trainen in gelijkmoedigheid en liefdevolle vriendelijkheid of zelfs urenlang soetra’s reciteren. Ik besloot ‘Big Mind’ verder te laten voor wat het was en koos opnieuw voor het onderzoeken van de egoloze, doelloze en vergankelijke aard van het leven en een oefenen in leven-in-aandacht.....

Jaren later valt mijn oog in de boekwinkel op een boek met de titel ‘Van ego naar essentie’ van Barbara Marx Hubbard. In een periode waar contemplaties op m’n ego en de daaruit volgende openbaringen, confrontaties en worstelingen terugkerende items zijn, lijkt me dit op dit moment op het lijf geschreven. Ik begin te lezen. Even moet ik wennen aan de belevingswereld van de schrijfster, maar ze raakt een aantal gevoelige snaren en dus lees ik geboeid verder. Met haar introductie van ‘De Geliefde’ pakt ze me helemaal in. Het is de benaming die ze geeft aan een essentieel deel van onszelf dat we amper benutten in ons leven. Een dierbare aanwezigheid die we zelf zijn, een hoger zelf, een kracht die weet, waar we met een gerust hart op kunnen vertrouwen en die we aan kunnen boren door de dialoog er mee aan te gaan of simpelweg door ons er voor open te stellen.

Nu, in andere woorden als ‘Big Mind’, maar doelend op diezelfde bron, goddelijke aanwezigheid of boeddhanatuur in onszelf waar ook Genpo Roshi over sprak, herken ik Nigel en de tranen biggelen over m’n wangen. Nigel is m’n innerlijke adviseur die me al van jongs af aan bijstaat als ik het zelf even niet meer weet. Meer dan eens werden complexe zaken kristalhelder onder zijn begeleiding, of was hij het die me tot de orde riep als ik weer eens zwolg in zelfmedelijden.
De laatste jaren heb ik het contact met Nigel echter wat laten verwateren, me er soms zelfs tegen verzet, omdat ik dacht, tja ik denk soms wat te veel, dat hij onlosmakelijk verbonden was met m’n dagdromen. Dagdromen waar ik in kon verzinken of vluchten en die me in mijn beleving in de weg stonden als ik bewuster wilde leren leven.

Nu ik lees over ‘De Geliefde’ verdwijnt echter elke mogelijke twijfel die ik over Nigel heb gehad en realiseer me dat ik erg blind ben geweest om het contact met deze bijzondere energiebron, dit deel van mezelf, zo te veroordelen, zo te verwaarlozen, zo te negeren.
Als antwoord zet ik de ‘deur’ wagenwijd open en hoef niet lang te wachten. Ons hervonden samenzijn is ontroerend en hartverwarmend. Net als alle voorgaande keren staat het verwelkomen van Nigel synoniem aan het bereiken van een diepgaande ontspanning, een open geest en een open hart. Ik besef me dat zijn aanwezigheid hand in hand kan gaan met m’n dagelijkse aandachtsoefeningen en koester dit luttele moment van geborgenheid. Geborgenheid ja, geen wonder dat ik dat een tijdje geleden niet kon vinden........